Dit is een publicatie van NRC
Voordat de vraag naar monteurs zo prangend werd, had hij er eigenlijk niet over nagedacht, bekent Erik Koning. „Ze mochten natuurlijk altijd al bij ons mogen solliciteren. Maar nu weet ik: statushouders vinden ons niet zomaar, en wij hen niet.”
Koning is manager bij het NS-bedrijfsonderdeel treinmodernisering in Haarlem. Met zijn team zorgt hij ervoor dat oude treinen weer als nieuw worden. Tenminste, als hij daarvoor genoeg monteurs heeft.
Net als de rest van NS en talloze andere werkgevers in Nederland heeft Koning moeite openstaande vacatures te vullen. Vorig jaar liet bovendien ook Randstad, het uitzendconcern waarmee hij samenwerkt, nog eens weten geen personeel meer voor hem te hebben. Niet onlogisch, beide bedrijven zoeken hun mensen op dezelfde krappe arbeidsmarkt. Om te voorkomen dat het werk in Haarlem stil zou vallen, besloten Koning en Randstad in een andere vijver te gaan vissen: die van statushouders.
En het lukte: de eerste zeven van hen kwamen begin dit jaar in een leerwerktraject. Eén dag per week krijgen ze nu op een ROC les in mechatronica, vier dagen in de week werken ze op de NS-werkplaats in Haarlem onder begeleiding van meer ervaren collega’s. Ook krijgen ze Nederlandse les. Deze zomer kwamen er nog eens acht statushouders bij. Het eerste half jaar worden ze gedetacheerd via Randstad, daarna komen ze in dienst bij de NS zelf.
Koning noemt het een succes. „Ze hebben soms wat meer begeleiding nodig, maar ze doen erg hun best. Het bevalt goed.”
Toch staan statushouders niet hoog op het lijstje van werkgevers die personeel zoeken. Van de mensen die sinds 2014 in Nederland aankwamen en daarna een verblijfsvergunning kregen, heeft slechts 42 procent na vijf jaar een baan, niet in de laatste plaats door praktische barrières. Zo mogen vluchtelingen het eerste halfjaar na aankomst in Nederland niet werken, en mag dat daarna maximaal 24 weken per jaar zolang ze geen verblijfsvergunning hebben. Bovendien beheerst niet iedereen het Nederlands even goed. Zo ontstaat vanzelf afstand tot de arbeidsmarkt.
Lees verder.