Dit is een publicatie van de SER
Ook de familiebedrijven onder de grote vennootschappen moeten rapporteren over hun vorderingen rondom diversiteit in de (sub)top. Marlies van Wijhe (ceo Koninklijke Van Wijhe Verf) en Ton Goedmakers (ceo Vebego) staan beiden aan het roer van zo’n bedrijf. Internationale Vrouwendag is een mooi moment om te inventariseren hoe zij erover denken en eraan werken. Beide ceo’s onderstrepen: “Familiebedrijven pakken het anders aan.”
Zowel verfbedrijf Koninklijke Van Wijhe Verf (onder andere actief in bouwverven) als Vebego (actief in facilitaire dienstverlening en zorg voor klanten in België, Duitsland, Nederland en Zwitserland en recentelijk Oostenrijk) heeft door de pandemie bijzondere jaren achter de rug. Bij Van Wijhe Verf werd aan de start van de crisis geanticipeerd op een forse omzetdaling, vertelt Marlies van Wijhe. In werkelijkheid moest het mkb-bedrijf flink opschalen, omdat veel mensen – die door de crisis noodgedwongen meer tijd thuis doorbrachten – aan de slag gingen met het schilderen van hun huis.
Vebego, dat erg hecht aan het bieden van betekenisvol werk – ook voor lageropgeleiden en mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt – kreeg te maken met een herwaardering van schoonmakers. “Mensen klapten voor schoonmakers omdat ze doorkregen wat een essentiële taak zij dagelijks vervullen. Het is wel erg jammer dat die herwaardering tijdelijk lijkt”, aldus ceo Ton Goedmakers. Lees verder.